Vendeur : Goltzius, Lisse, Pays-Bas
EUR 34,50
Autre deviseQuantité disponible : 1 disponible(s)
Ajouter au panier8°: pi1 A 4, A-D 8, gepag.: [2] [8] 60 [4] pp. Met een gegraveerde titelpagina door Jan Punt, het titelvignet van 'Oefening Beschaaft de Kunsten' door Simon Fokke en een kopvignet bij de opdracht aan Jacob van Stamhorst met diens wapen, eveneens door Fokke. Papieren omslag. Lit.: Haverkorn van Rijsewijk, De oude Rotterdamsche schouwburg (Rotterdam 1882); Hilman, Ons tooneel (Amsterdam 1879) Van Aken II, p.150; CBMNL 8499; De Haas 522 l Opgedragen aan Jacob van Stamhorst. In een voorbericht wordt uitgelegd waarom er drie jaar nadat 'Zelmire' in het Nederlands was vertaald weer een vertaling verschijnt. In 1764 hadden de regenten van de schouwburg om een vertaling gevraagd "uit handen van.
Vendeur : Antiquariaat Arine van der Steur / ILAB, Den Haag, Pays-Bas
EUR 43,60
Autre deviseQuantité disponible : 1 disponible(s)
Ajouter au panier8°: pi1 * 4 A-C 8 D 4 (D4 E1), gepag.: [10] 58 pp. Gegraveerde titelpagina door Jan Punt, een gegraveerd titelvignet met de zinspreuk Oefening Beschaaft de Kunsten door Simon Fokke en boven de opdracht aan Jan Frederik Bachman een kopvignet met diens wapen. Papieren omslag. Lit.: Van Aken II, p.163; Arpots (toneel) 103; CBMNL 8458; De Haas 520 J.F. Bachman, aan wie het stuk is opgedragen, was regent van het Aalmoesseniers Weeshuis in Amsterdam. Voor de vertaling tekent het voltallige, vijf leden tellende toneelgezelschap 'Oefening Beschaaft de Kunsten'.
Vendeur : Antiquariaat Arine van der Steur / ILAB, Den Haag, Pays-Bas
EUR 49,05
Autre deviseQuantité disponible : 1 disponible(s)
Ajouter au panierIn -8, 8° Octavo edition, paper binding. Interior with some foxing. A-D 8 E 4. Translated literature. L1383[NL] Op de titelpagina het vignet van 'Oefening Beschaaft de Kunsten', gegraveerd door Simon Fokke. Lit.: Van Aken II, p.150; Arpots (toneel) 44; CBMNL 8500. Met de opdracht en het voorwoord uit de eerste druk van 1766. Vertaald uit het Franse origineel van De Belloy.
Vendeur : Antiquariaat Arine van der Steur / ILAB, Den Haag, Pays-Bas
EUR 103,55
Autre deviseQuantité disponible : 1 disponible(s)
Ajouter au panier8°: pi1 * 8 A-D 8 E 4, gepag.: [2] [16] 72 pp. Met een gegraveerde titelpagina door Simon Fokke , een gegraveerd titelvignet met de zinspreuk Oefening Beschaaft de Kunsten, eveneens door Fokke en een tweede gegraveerde titelpagina, gegraveerd door Reinier Vinkeles naar Jacobus Buijs ingevoegd tussen de pagina's 68 en 69. Papieren omslag, ex. op groot papier. Lit.: De la Fontaine Verwey, De illustratie van letterkundige werken in de XVIIIe eeuw (Amsterdam 1934), p.74-78; De Haas, 'Dood in de schouwburg: de theatrale zelfmoord', in: Doc.blad Werkgroep Achttiende Eeuw 33-2 (2001); De Haas, 'Vrijheid, geloof en liefde. Nederlandse treurspeldichters en Voltaire', in: Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman 254-32 (2002) Van Aken II, p.267; Arpots (toneel) 528; CBMNL 5696; De Haas 337 Het stuk is opgedragen aan de gezamenlijke regenten van het Burgerweeshuis en het Oude mannen- en vrouwenhuis, die ook de regenten van de schouwburg waren. 'Olimpia' geldt als een gezamenlijke productie van Hermanus Asschenberg, Anthony Hartsen, Jacob Lutkeman, Lucas Pater en Henri Jean Roullaud, die tezamen het Amsterdamse toneelgezelschap 'Oefening Beschaaft de Kunsten' vormden, dat zich uitsluitend bezig hield met het schrijven en vertalen van toneelspelen. Daarnaast waren zij lid van andere dichtgenootschappen en gaven bovendien ook afzonderlijk dicht- en toneelstukken uit. Het verzameld werk van 'Oefening Beschaaft de Kunsten' is tussen 1752 en 1785 in 8 delen verschenen. Voltaires 'Olimpia', waarschijnlijk het eerste toneelspel dat de vijf als genootschap hebben voortgebracht, was hier zeer omstreden vanwege de drie zelfmoorden in het stuk. De vertalers schrapten er twee van, waaronder die van Olimpia. Op beide prenten ziet men dan ook een priester de titelheldin van haar daad weerhouden. De la Fontaine Verwey wijst op het verschil in stijl en techniek tussen de prenten van Fokke en Vinkeles. Dat viel kennelijk ook de tijdgenoot op, want naar aanleiding van de Olimpia-illustraties verscheen er een geschrift, de 'Onzijdige Aanmerkingen op de twee Tytelplaatjes, die voor het Treurspel Olimpia kort na elkander zijn uitgegeven', waarin Fokke - die toen een grote naam had als graveur - te horen kreeg dat hij zig met dit stukje te zeer overhaast heeft, en het dus maar gelyk men zegt afgerabbelt is; de arceringen van de pas beginnende Vinkeles vond de beoordelaar - volgens Anna de Haas was dat niemand minder dan de toneelschrijver Jan Nomsz - hoewel zeer netjes echter al te regelmatig, ik zag ze liever met meer vrijheid in ongedwongener trant. Deze uitgave bevat beide platen.